29 januari 2019 – Column Stefan Kraft van Ermel: Toerisme spreiden met themajaar ‘Gouden Eeuw’
Vandaag lees ik op de sites van diverse dagbladen, dat in 2018 maar liefst 19,1 miljoen buitenlandse toeristen Nederland hebben bezocht. Dat zijn er bijna 1,2 miljoen meer dan in 2017, een stijging van 7 procent. Samen geven zij 12,7 miljard Euro uit in Nederland, zo meldt ons het Nederlandse Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC) vandaag. En we steken ook nog eens heel gunstig af tegen andere Europese landen. Vrijwel een verdubbeling van het inkomende toerisme sinds 2009. Binnen tien jaar. Goed gedaan Nederland, Gouden Plak!
Een snelle rekensom leert dat elke buitenlandse toerist tijdens zijn verblijf in Nederland gemiddeld zo’n € 665,- besteedt. Dat is zeer de moeite! Gaan die toeristen allemaal naar Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, kortom de Randstad? Of waaiert men ook uit naar bijvoorbeeld Noord-Brabant, De Hoge Veluwe of de Noordelijke Provincies? Niet echt. Behalve toeristen uit onze buurlanden Duitsland en België (overigens samen goed voor 43% van het aantal toeristen!) verblijft een heel groot deel vooral in Noord-Holland en Zuid-Holland. Meer specifiek: in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. En dat is dan meteen de keerzijde van de medaille.
Concentratie toerisme in Randstad wordt velen teveel
Amsterdam met name zucht onder de enorme ‘last’ die het groeiende toerisme met zich meebrengt. De stad lijkt uit haar hoofdstedelijke voegen te barsten. De grachten puilen uit van de afgeladen rondvaartboten. Musea en andere bezienswaardigheden hanteren meer en meer een ‘tijdslot’, om alle bezoekers te kunnen ‘verwerken’ en wat te spreiden, zodat ze niet drie rijen dik op elkaars rug hoeven te klimmen om een glimp op te vangen van Rembrandts ‘The Night Watch’. En op De Wallen is het – naar verluidt – doorgaans drukker dan primetime op Schiphol. Ook de inwoners van eigenlijk de complete Randstad beginnen zo langzamerhand te morren, omdat ze in toenemende mate uit hun slaap- en levensritme gehouden worden door massale rolkofferoverlast die o.a. het ‘verdienmodel’ Airbnb met zich meebrengt.
Is het dan nooit goed? Gaat het eens crescendo met het Nederlandse toerisme, lopen we weer te mopperen met zijn allen… Okee, natuurlijk is het geweldig dat wij in Europa het land zijn met de grootste groei qua toerisme, maar een beetje spreiden van dat ‘wij’ zou wel fijn zijn, maar #hoedan, hoor ik je zeggen. Creatief denken, daar begint het allemaal mee.
West-Friesland ‘The Sleeping Backyard of Amsterdam’?
Sommige citymarketeers zijn alvast begonnen. Zandvoort? Dat heet tegenwoordig ‘Amsterdam Beach’. Het Muiderslot? ‘Amsterdam Castle’ natuurlijk! Bestaat ‘Flowers of Amsterdam’ eigenlijk al (en dan bedoel ik dus niet ‘Tulpen uit Amsterdam’)? Jazeker! Dat is de Bollenstreek, het bloeiende hart van de Randstad. En wat kunnen wij doen, hier in West-Friesland? Hoe zorgen wij ervoor dat we niet ‘The Sleeping Backyard of Amsterdam’ worden?
Provincie, gemeenten, bedrijven en culturele instellingen zullen steeds opnieuw de handen ineen moeten slaan, creatieve plannen dienen te maken, om meer toeristen naar West-Friesland te blijven lokken en zo te profiteren van die spreiding. En dat gebeurt gelukkig ook al. Hoorn, Medemblik, Enkhuizen en West-Friesland als regio, zijn natuurlijk al constant in beweging, door organisatie van diverse culturele en sportevenementen, door allerlei marketing inspanningen en door de communicatie hieromtrent ook welwillend met elkaar te delen of waar mogelijk zelfs met elkaar te verbinden.
Echter, de regionale identiteit moet niet alleen versterkt worden, mede door gezamenlijke evenementen te organiseren, maar ook letterlijk ‘aan de internationale man en vrouw’ gebracht worden. En hoe krijg je (internationale) toeristen naar kleinere plaatsen in Nederland? Zandvoort heeft de Noordzee, Lisse de bloembollenvelden, Maastricht het Vrijthof, Muiden zijn kasteel, Kaatsheuvel een pretpark en de Zaanse Schans zijn molens.
Gouden Eeuw en Rembrandt, de ideale kapstok
Bijvoorbeeld door evenementen te organiseren op diverse plaatsen in Nederland, onder een paraplu, een overkoepelend thema! Eerdere proefnemingen die het eerder genoemde Nationaal toerismebureau NBTC nam met zogenaamde ‘themajaren’ hebben aangetoond dat het werkt, qua spreiding van toeristen. Themajaren blijken een beproefd strategisch middel om de druk op Amsterdam en de Randstad wat te verlichten en toeristen ook naar minder voor de hand liggende plaatsen in Nederland te trekken. Aan een thema kun je namelijk allerlei evenementen, exposities, feesten, producten en beleving hangen, als jassen aan een kapstok. Zaak is wel dat je een voor toeristen aansprekend thema bedenkt.
NBTC Holland Marketing lanceert in samenwerking met diverse partners voor 2019 het thema ‘Rembrandt en De Gouden Eeuw’. Niet alleen omdat Rembrandt van Rijn een van de beroemdste schilders uit de Gouden Eeuw is, maar ook omdat het in 2019 precies 350 jaar geleden is dat Rembrandt overleed. Deze Hollandse Meester alleen al, trekt jaarlijks miljoenen toeristen. En de Gouden Eeuw? Prachtig thema, prima kapstok! Overal in Nederland zijn er wel pittoreske grachtenpandjes, musea vol kunst, attributen en uitleg over die tijd, maar ook muziek, (straat)toneel en architectonische rondleidingen door de diverse steden kunnen onder dit thema worden ondergebracht.
kennis, kunde, kwaliteit, kapitaal en koopmansgeest leidend
En nu komen wij hier in West-Friesland toch zeker ook in beeld? Wij hebben de toerist toch ook van alles te bieden op het gebied van De Gouden Eeuw? Absoluut. Een aantal belangrijke steden uit het zeventiende eeuwse Holland en West-Friesland, vormden de pijlers van een enorme bloeiperiode die in onze Republiek zou aanbreken op, economisch, wetenschappelijk en cultureel gebied. De Gouden Eeuw kreeg o.a. gestalte in Dordrecht, Delft, Den Haag, Leiden, Haarlem, Amsterdam, Hoorn en Enkhuizen. In 1602 werd de ‘Vereenigde Oostindische Compagnie (V.O.C.) opgericht, de eerste multinational ter wereld en een direct uitvloeisel van onze kennis, kunde, kwaliteit, kapitaal en koopmansgeest.
Natuurlijk valt er (terecht) kritiek te leveren op bepaalde aspecten van de handelswijze van destijds. Slavernij en slavenhandel of kolonisatie van autonome landen of gebieden was in die periode misschien betrekkelijk ‘normaal’, maar tegenwoordig iets wat wij absoluut verwerpen. De essentie van de vijf ‘k’s was niet alleen toen, maar is tot op de dag van vandaag bepalend voor succes. En de Gouden Eeuw leeft ook voort, tot op de dag van vandaag. Kijk maar om je heen en zie wat er van ons mooie West-Friesland geworden is. En het gaat ons allemaal aan! Met elkaar zetten we onze regio steeds opnieuw op de kaart, net zoals in de Gouden Eeuw de beroemde organisator, netwerker, diplomaat en dichter Constantijn Huygens (1596-1687) deed. In zijn dichtbundel ‘Stede-stemmen en Dorpen’ bezong hij maar liefst 18 steden en 6 dorpen, waaronder Hoorn. Tegenwoordig maken we iets anders reclame, heten wij onze buitenlandse gasten welkom via verlokkende sites en ronkende brochures, maar de essentie blijft hetzelfde: En vooral, zegt het voort! Want iedere ondernemer zal kunnen beamen:
Succes heeft vele vaders!
Stefan Kraft Van Ermel